Advies bij bouw- of montagewerkzaamheden in het buitenland
Bouw- en montagewerkzaamheden in Duitsland kunnen Buitenlandse bouwbedrijven en machinebouwers voor bijzondere uitdagingen stellen. Dat geldt ook voor de fiscale en juridische randvoorwaarden die hierop van toepassing zijn en die een groot aantal nationale en internationale regelgeving beïnvloeden. Deze fiscale hindernissen en valkuilen nemen wij graag voor u weg, zodat u en uw bedrijf zich kunnen concentreren op de uitvoering van de opdracht in Duitsland.
Uit ons dienstenpakket voor bouw- en montagewerkzaamheden in Duitsland:
- Onderzoek van Duitse loonbelasting- en socialezekerheidsverplichtingen en overname van alle noodzakelijke registraties en aanmeldingen in Duitsland
- Onderzoek en advies in verband met de vestiging van vaste inrichtingen in verband met bouw- en montagediensten in Duitsland
- Advies en ondersteuning bij het aanvragen van vrijstellingscertificaten voor de Duitse bouwbelasting op het gebied van de inkomstenbelasting
- Advies over omzetbelasting en overname van aangifteverplichtingen in Duitsland, in het bijzonder over de Duitse btw verleggingsregel (reverse charge) voor bouwprestaties
Bouw- en montagewerkzaamheden in Duitsland kunnen volgens het Duitse belastingrecht als een belastbare vaste inrichting worden aangemerkt, evenals volgens overeenkomsten ter voorkoming van dubbele belastingheffing, indien een bepaalde duur van de bouwwerkzaamheden in Duitsland wordt overschreden. Het Duitse belastingwetboek is gebaseerd op een duur van 6 maanden, terwijl de huidige overeenkomsten inzake dubbele belastingheffing voornamelijk voorzien in een periode van 9 of 12 maanden.
Indien een vaste inrichting in Duitsland wordt gevestigd als gevolg van de duur van de werkzaamheden, heeft dit uiteenlopende fiscale gevolgen: De vaste inrichting wordt in Duitsland belastingplichtig, wat overeenkomstige registratie- en aangifteverplichtingen met zich meebrengt.
Als er een vaste inrichting in Duitsland is, heeft dit ook gevolgen voor de loonbetalingen aan de ingezette werknemers, die onderworpen zijn aan de Duitse loonbelasting. Dit leidt op zijn beurt tot fiscale verplichtingen in het land van vestiging voor zowel werkgever als werknemer. In het geval van een overgang van werknemers naar een andere onderneming waarvoor de relevante perioden van een vaste inrichting in Duitsland reeds zijn overschreden, kunnen de gevolgen van de beginselen van de vaste inrichting ook van toepassing zijn op de buitenlandse werkgever indien deze andere onderneming als de economische werkgever wordt beschouwd.
Op het gebied van het socialezekerheidsrecht moet worden verduidelijkt of de ingezette werknemers onder de Duitse sociale zekerheid vallen. Voor opdrachten tot 24 maanden kan gebruik worden gemaakt van de Europese detacheringsregels, sociale zekerheidsovereenkomsten of de expatriëringsregels van het Duitse wetboek van sociale zekerheid. Dit geldt echter niet als het personeel in het doelland op de lokale arbeidsmarkt wordt aangeworven.
In het geval van werkzaamheden op terreinen of gebouwen is de plaats van uitvoering voor BTW-doeleinden doorgaans gelegen in het land waar de werkzaamheden worden uitgevoerd of waar de grond zich bevindt. Dit leidt tot BTW-registratieverplichtingen in Duitsland, waarbij de gebruikelijke verschuiving van de BTW-plicht (de zogenaamde verleggingsregeling) ook hier wordt toegepast voor bouwdiensten overeenkomstig de nationale regelgeving. De BTW moet dan ook in acht worden genomen als de materiaalleveringen vanuit Duitsland of andere landen rechtstreeks naar de bouwplaats in Duitsland plaatsvinden.
Een bijzonderheid in Duitsland is de bouwbelasting. Volgens deze regeling moet de ontvanger van een bouwdienst in Duitsland een deel van de met de buitenlandse bouwondernemer overeengekomen vergoeding rechtstreeks aan het Duitse belastingkantoor betalen. De bouwbelasting is bedoeld om de inkomstenbelasting in Duitsland te garanderen en illegale tewerkstelling in de bouwsector te beteugelen. Sinds 01.01.2002 zijn ondernemende klanten van bouwdiensten verplicht 15% van het factuurbedrag in te houden en te betalen aan het Duitse belastingkantoor. De situatie is anders als een Duits bedrijf bouwdiensten verleent aan een Duitser of een buitenlands persoon/bedrijf in het buitenland. In dit geval hoeft er geen bouwbelasting te worden ingehouden.
De buitenlandse aannemer kan de Duitse bouwbelasting vermijden als hij vóór de uitvoering van de bouwwerkzaamheden een vrijstellingscertificaat aanvraagt bij het Duitse belastingkantoor en dit aan de aannemer overhandigt. Het certificaat moet tijdig worden aangevraagd, d.w.z. ten minste 6 weken voor het begin van de bouwwerkzaamheden.
Wil je ons leren kennen?
Maak gewoon een afspraak met ons op een locatie bij u in de buurt.
We kijken uit naar uw komst!
Onze locaties:
- Paderborn
- Berlin (ZNdl. der PBL Bandl und Partner mbB)
- Köln (ZNdl. der PBL Bandl und Partner mbB)